10 voorbeelden van fysische eigenschappen en chemische eigenschappen?
1. Kleur: De kleur van een stof is een fysische eigenschap die kan worden waargenomen zonder de chemische samenstelling van de stof te veranderen. Goud is bijvoorbeeld geel, zilver is wit en koper is roodbruin.
2. Geur: De geur van een stof is een fysieke eigenschap die kan worden gedetecteerd door de reukzin. Benzine heeft bijvoorbeeld een sterke geur, terwijl vanille-extract een zoete geur heeft.
3. Smaak: De smaak van een stof is een fysieke eigenschap die kan worden waargenomen door de smaakzin. Suiker smaakt bijvoorbeeld zoet, zout smaakt zout en citroensap smaakt zuur.
4. Smeltpunt: Het smeltpunt van een stof is de temperatuur waarbij deze overgaat van vast naar vloeibaar. Het smeltpunt van ijs is bijvoorbeeld 0 graden Celsius, terwijl het smeltpunt van goud 1064 graden Celsius is.
5. Kookpunt: Het kookpunt van een stof is de temperatuur waarbij deze overgaat van een vloeistof naar een gas. Het kookpunt van water is bijvoorbeeld 100 graden Celsius, terwijl het kookpunt van ethanol 78,4 graden Celsius is.
6. Dichtheid: De dichtheid van een stof is de massa per volume-eenheid. De dichtheid van water is bijvoorbeeld 1 gram per kubieke centimeter, terwijl de dichtheid van goud 19,3 gram per kubieke centimeter is.
7. Oplosbaarheid: De oplosbaarheid van een stof is het vermogen om op te lossen in een oplosmiddel. Suiker is bijvoorbeeld oplosbaar in water, terwijl olie dat niet is.
8. Geleidbaarheid: De geleidbaarheid van een stof is het vermogen ervan om elektriciteit te geleiden. Metalen zijn bijvoorbeeld goede geleiders van elektriciteit, terwijl rubber een slechte geleider van elektriciteit is.
9. Magnetische gevoeligheid: De magnetische gevoeligheid van een stof is het vermogen ervan om te worden gemagnetiseerd. IJzer is bijvoorbeeld een ferromagnetisch materiaal, wat betekent dat het sterk wordt aangetrokken door magneten, terwijl aluminium een paramagnetisch materiaal is, wat betekent dat het zwak wordt aangetrokken door magneten.
10. Hardheid: De hardheid van een stof is de krasbestendigheid. Diamant is bijvoorbeeld de hardste stof die bekend is, terwijl talk de zachtste is.
Chemische eigenschappen:
1. Reactiviteit: De reactiviteit van een stof is de neiging ervan om chemische reacties te ondergaan. Natrium is bijvoorbeeld een zeer reactief metaal dat krachtig reageert met water om waterstofgas en natriumhydroxide te produceren.
2. Ontvlambaarheid: De ontvlambaarheid van een stof is het vermogen om te verbranden. Benzine is bijvoorbeeld een brandbare vloeistof, terwijl water dat niet is.
3. Corrosiviteit: De corrosiviteit van een stof is het vermogen ervan om andere materialen aan te vreten. Zoutzuur is bijvoorbeeld een bijtende vloeistof die metalen kan oplossen.
4. Toxiciteit: De toxiciteit van een stof is het vermogen ervan om schade aan levende organismen te veroorzaken. Arseen is bijvoorbeeld een giftige stof die bij inname de dood kan veroorzaken.
5. Oxiderend vermogen: Het oxiderende vermogen van een stof is het vermogen ervan om ervoor te zorgen dat andere stoffen elektronen verliezen. Zuurstof is bijvoorbeeld een sterk oxidatiemiddel dat ervoor kan zorgen dat ijzer gaat roesten.
6. Vermogen verminderen: Het reducerende vermogen van een stof is het vermogen ervan om ervoor te zorgen dat andere stoffen elektronen verkrijgen. Waterstof is bijvoorbeeld een sterk reductiemiddel dat ervoor kan zorgen dat koperoxide wordt gereduceerd tot kopermetaal.
7. Zuur-base-eigenschappen: De zuur-base-eigenschappen van een stof zijn het vermogen ervan om protonen te doneren of te accepteren. Zoutzuur is bijvoorbeeld een zuur dat protonen kan doneren, terwijl natriumhydroxide een base is die protonen kan accepteren.
8. Zoutvorming: De zoutvormende eigenschappen van een stof zijn het vermogen om zouten te vormen wanneer deze reageert met zuren of basen. Natriumchloride is bijvoorbeeld een zout dat wordt gevormd wanneer natrium reageert met zoutzuur.
9. Complexvorming: De complexvormende eigenschappen van een stof zijn het vermogen om complexen te vormen met andere moleculen of ionen. Hemoglobine is bijvoorbeeld een eiwit dat een complex vormt met zuurstof.
10. Katalyse: De katalyse-eigenschappen van een stof zijn het vermogen om de snelheid van een chemische reactie te versnellen zonder dat deze tijdens de reactie wordt verbruikt. Enzymen zijn bijvoorbeeld katalysatoren die de snelheid van biochemische reacties versnellen.
Eten Drinken
- Hoe schakel je de modus uit op een Ariston LD87 vaatwasser?
- Hoe kan ik thuis mueslirepen maken?
- Over traditionele Latijns-Amerikaanse Food
- Hoe te Colored Cooking Oils Zorg
- Waar komt Pan Con Lechon geroosterde varkenssandwich vandaan…
- Hoeveel heb je nodig om te koken voor 15 personen?
- Hoe maak ik Indian Style Spicy Lamb Curry met kokosmelk
- Wat is het beste gebruik van zeepvoorraad en hoe kan ik er p…
Specerijen
- Hoe te behouden Jalapeños
- Waarom hebben zuren in voedsel geen gevarensymbolen?
- Wat zijn enkele goede isolatoren die mensen dagelijks gebrui…
- 10 voorbeelden van fysische eigenschappen en chemische eigen…
- Hoe smaakt prosciutto?
- Wat zijn de ingrediënten spic en span?
- Wat zijn de ingrediënten voor conala-olie?
- Wat gebeurt er als je Clorox mengt met zoutazijnkleurstof en…
- Hoe te lecithine Gebruik in Salade Dressing (5 stappen)
- Kan het reukvermogen voedsel proeven?