Waarom rotten pruimen binnen een paar dagen, maar blijven pruimen weken of zelfs maanden eetbaar?

Bij de oogst ondergaan pruimen verschillende natuurlijke processen die bijdragen aan hun snelle bederf:

1. Ademhaling: Zoals alle levende organismen blijven pruimen ademen nadat ze zijn geplukt. Dit proces verbruikt de suikers in het fruit en produceert energie en koolstofdioxide. Als gevolg hiervan worden pruimen zachter en verandert hun smaak in de loop van de tijd.

2. Ethyleenproductie: Pruimen geven tijdens het rijpen ook ethyleengas af. Ethyleen is een plantenhormoon dat de rijping en veroudering van fruit reguleert. Het versnelt de afbraak van celwanden en bevordert de verzachting, kleurverandering en smaakontwikkeling.

3. Microbieel bederf: Verschillende micro-organismen, zoals bacteriën en schimmels, kunnen gemakkelijk in pruimen doordringen en groeien vanwege hun zachte textuur en hoge vochtgehalte. Deze micro-organismen zorgen ervoor dat het fruit gaat rotten en onaangename geuren en smaken ontwikkelen.

Pruimen daarentegen zijn gedroogde pruimen die een uitdrogingsproces hebben ondergaan.

Het drogen vermindert het vochtgehalte van het fruit aanzienlijk, waardoor een omgeving ontstaat die minder bevorderlijk is voor microbiële groei. De verwijdering van water remt ook de activiteiten van enzymen en vertraagt ​​de ademhalingssnelheid. Als gevolg hiervan kunnen pruimen gedurende langere perioden worden bewaard zonder noemenswaardige bederf.

Bovendien concentreert het droogproces de suikers en voedingsstoffen in pruimen. Dit draagt ​​bij aan hun karakteristieke zoete smaak en verhoogde voedingswaarde vergeleken met verse pruimen. Het hoge suikergehalte helpt ook bij het conserveren van pruimen door de microbiële groei te remmen.

Bovendien worden pruimen tijdens het droogproces vaak behandeld met conserveermiddelen zoals zwaveldioxide of kaliumsorbaat. Deze chemicaliën voorkomen verder bederf en verlengen de houdbaarheid van het product.

Samenvattend helpen het lage vochtgehalte, de geconcentreerde suikers en het gebruik van conserveermiddelen in pruimen de microbiële groei en enzymatische reacties te remmen, wat resulteert in een houdbaarheid die aanzienlijk langer is in vergelijking met verse pruimen.