Waarom maakten boeren bezwaar tegen een belasting op whisky?

Boeren maakten bezwaar tegen een belasting op whisky omdat deze als oneerlijk en discriminerend werd gezien.

* De belasting werd gezien als een last voor kleine boeren die afhankelijk waren van het distilleren van whisky als bron van inkomsten. Whisky werd vaak op kleine boerderijen geproduceerd als een manier om overtollig graan te gebruiken, en de belasting maakte het minder winstgevend om dat te doen.

* De belasting werd ook gezien als een gunst voor rijke landeigenaren die het zich konden veroorloven de belasting te betalen en toch winst konden maken met het distilleren van whisky. Dit leidde tot wrevel onder kleine boeren, die vonden dat zij ten onrechte het doelwit waren.

* Bovendien werd de belasting gezien als een inbreuk op de traditionele rechten van boeren om hun eigen producten te produceren en te verkopen. Boeren vonden dat de overheid niet het recht had om hen te vertellen wat ze met hun eigen gewassen konden doen.

De whiskybelasting was een belangrijke factor in de Whisky-opstand van 1794, waarbij boeren in het westen van Pennsylvania en Virginia tegen de belasting protesteerden door federale belastinginners aan te vallen. De opstand was uiteindelijk geen succes, maar het toonde de kracht van het verzet van de boeren tegen de belasting.

De whiskybelasting werd uiteindelijk in 1802 afgeschaft, deels onder politieke druk van boeren en andere tegenstanders van de belasting.