Hoe vangt het blaasjeskruid voedsel op?

Blaaskruid (Utricularia) zijn vleesetende planten die kleine organismen vangen, zoals zoöplankton, protozoa en andere microscopisch kleine dieren, met behulp van gespecialiseerde vangmechanismen die blazen worden genoemd. Hier is een overzicht van hoe het blaasjeskruid voedsel vasthoudt:

1. Blaasstructuur:

-Bladderworts hebben kleine, gemodificeerde bladeren die zich ontwikkelen tot blazen.

- Elke blaas bestaat uit twee kleppen of deuren die open en dicht gaan.

- De binnenkant van de blaas is bekleed met trekkerharen, die gevoelig zijn voor aanraking.

2. Activering van de valstrik:

- Wanneer een klein organisme, zoals een watervlo, langs de trekkerharen in de blaas borstelt, stimuleert het de val.

3. Snelle uitbreiding:

- Bij stimulatie gaan de kleppen van de blaas snel open, waardoor een plotselinge drukval in de blaas ontstaat.

- Deze snelle uitzetting zorgt voor een sterke binnenwaartse waterstroom.

4. Binnenwaartse waterstroom:

- De snelle waterstroom voert de nietsvermoedende prooi samen met een kleine hoeveelheid omringende water naar de blaas.

- Terwijl de deuren dichtklappen, wordt de prooi effectief opgesloten in de blaas.

5. Spijsvertering:

- Zodra de prooi is gevangen, scheidt het blaasjeskruid spijsverteringsenzymen af ​​in de blaas.

- De enzymen breken de zachte weefsels van het prooiorganisme af, waardoor voedingsstoffen vrijkomen die door de plant worden opgenomen.

6. Opname van voedingsstoffen:

- Het blaasjeskruid neemt de opgeloste voedingsstoffen uit de verteerde prooi op via gespecialiseerde cellen in de blaaswanden.

- Dit proces levert essentiële voedingsstoffen op, zoals stikstof en fosfor, die vaak schaars zijn in aquatische omgevingen.

Blaasjeskruid maakt gebruik van dit efficiënte vangmechanisme om de opname van voedingsstoffen uit hun wortels aan te vullen. Verschillende soorten blaasjeskruid vertonen variaties in de specifieke mechanismen en structuren van hun blazen, als gevolg van aanpassingen aan verschillende omgevingen en soorten prooien. Deze vleesetende planten zijn fascinerende voorbeelden van de vindingrijkheid van de natuur bij het verkrijgen van voedingsstoffen in voedselarme habitats.