Wat is het lot van uitscheidingsmateriaal in eierenkippen?

In eieren, kippen of andere vogelsoorten wordt het lot van uitscheidingsmaterialen streng gecontroleerd en verschilt van de uitscheidingsprocessen bij zoogdieren.

1. Stikstofhoudende afvalstoffen:

- Initiële accumulatie: Tijdens de embryonale ontwikkeling worden stikstofhoudende afvalstoffen, voornamelijk in de vorm van ammoniak, aanvankelijk in het embryo zelf opgeslagen.

- Urinezuursynthese: Naarmate het embryo zich ontwikkelt, begint zijn lever urinezuur te synthetiseren uit de afbraak van eiwitten en aminozuren. Urinezuur is minder giftig dan ammoniak en helpt bij het behoud van water.

- Allantoïsche zak: De allantoïsche zak, een extra-embryonale membraan, verzamelt urinezuur en andere stikstofhoudende afvalproducten. De allantoïsche zak helpt ook bij de gasuitwisseling en helpt bij de overdracht van zuurstof van de kip naar het embryo.

2. Vorming van ontlasting:

- Afvalaccumulatie: Naarmate het spijsverteringssysteem van de kip zich in het ei ontwikkelt, hopen afvalstoffen, zoals onverteerde dooier en andere vaste metabolische afvalproducten, zich op in de dikke darm.

- Wateropname: De blindedarmzakjes in de dikke darm helpen bij de opname van water uit het afval, waardoor de ontlasting halfvast wordt.

3. Opslag en uitkomen:

- Cloaca: De cloaca, een gemeenschappelijke opening voor het spijsverterings-, voortplantings- en uitscheidingsstelsel, is de plaats waar de halfvaste uitwerpselen, samen met de allantoïszak die urinezuur bevat, worden opgeslagen totdat ze uitkomen.

- Tijdens het uitkomen: Bij het uitkomen laat het kuiken zowel ontlasting als urinezuur vrij uit de cloaca. Dit afvalmateriaal wordt uitgestoten als het kuiken voor de eerste keer zuurstof inademt.

Het is essentieel op te merken dat de eierschaal als een beschermende barrière fungeert en elke significante uitwisseling van afvalproducten tussen het embryo en de externe omgeving verhindert. De efficiënte opslag en eliminatie van uitscheidingsmaterialen in de eierschaal zijn van cruciaal belang voor de overleving van het zich ontwikkelende embryo en voor het succesvol uitkomen ervan.