Beschrijf hoe om te gaan met beschadigde oppervlakken en apparatuur die de voedselveiligheid in gevaar brengen?

Beschadigde oppervlakken

1. Identificeer het beschadigde gebied. Zoek naar scheuren, spanen of andere schade aan het oppervlak.

2. Beoordeel de ernst van de schade. Is de schade diep? Wordt er voedsel blootgesteld aan het milieu?

3. Reinig het gebied. Verwijder voedsel en vuil uit het beschadigde gebied.

4. Ontsmet de omgeving. Gebruik een ontsmettingsmiddel om eventueel aanwezige bacteriën te doden.

5. Repareer de schade. Als de schade gering is, kunt u deze wellicht zelf repareren. Als de schade ernstiger is, moet u mogelijk het oppervlak vervangen.

Beschadigde apparatuur

1. Identificeer de beschadigde apparatuur. Controleer of er scheuren, schilfers of andere schade aan de apparatuur zijn.

2. Beoordeel de ernst van de schade. Is de schade diep? Wordt er voedsel blootgesteld aan het milieu?

3. Stel de apparatuur buiten dienst. Gebruik het apparaat niet totdat het gerepareerd is.

4. Reinig de apparatuur. Verwijder voedsel en vuil uit het apparaat.

5. Ontsmet de apparatuur. Gebruik een ontsmettingsmiddel om eventueel aanwezige bacteriën te doden.

6. Repareer de apparatuur. Als de schade gering is, kunt u deze wellicht zelf repareren. Als de schade ernstiger is, moet u mogelijk de apparatuur vervangen.

_Opmerking :Als u niet zeker weet hoe u een oppervlak of apparaat op de juiste manier reinigt en ontsmet, raadpleeg dan een voedselveiligheidsexpert._