Wat moet je maïsslangen voeren?

Voederknaagdieren:

- Bevroren/ontdooide muizen: Dit is de meest populaire en handige optie. Kies muizen van het juiste formaat voor de leeftijd en grootte van uw maïsslang.

- Live muizen: Sommige maïsslangen geven de voorkeur aan levende prooien, maar dit kan riskanter zijn omdat levende prooien de slang mogelijk kunnen schaden.

- Ratten: Oudere, grotere maïsslangen hebben mogelijk ratten nodig omdat ze meer voedsel bieden.

Andere voedselbronnen:

- Kwarteleitjes: Af en toe een maaltijd aanbieden kan voor afwisseling en extra eiwitten zorgen.

- Voedervis: Kleine voedervissen, zoals witvissen, kunnen af ​​en toe een traktatie zijn.

- Prooi in het wild: Als uw maïsslang in het wild gevangen is, kan hij een voorkeur hebben voor bepaalde prooien die hij in het wild tegenkomt, zoals hagedissen of kikkers.

Voedingsschema:

- Jonge maïsslangen:voer elke 5-7 dagen.

- Volwassenen:Voer elke 7-10 dagen of wanneer ze tekenen van honger vertonen.

Tips:

- Bied voedsel aan in een aparte ruimte om substraatinname te voorkomen en stress te verminderen.

- Zorg ervoor dat het knaagdier niet groter is dan het dikste deel van het lichaam van uw slang.

- Houd altijd toezicht op het voeren, vooral als u levende prooien gebruikt.

- Als uw slang een tijdje voedsel weigert, raak dan niet in paniek. Sommige slangen maken perioden van vasten door, vooral tijdens de vervelling of de koudere maanden.