Wat is de betekenis van voedingswaren?

De term "levensmiddel" (soms met een koppelteken als "levensmiddel") heeft verschillende verwante betekenissen:

1. Eetbare stoffen in het algemeen:

In de breedste zin van het woord verwijst ‘levensmiddel’ naar elke substantie van plantaardige, dierlijke of minerale oorsprong die door levende organismen voor voedingsdoeleinden kan worden geconsumeerd. Dit omvat alle soorten voedselproducten, van rauwe ingrediënten zoals granen, fruit en vlees tot bewerkte en verpakte voedingsmiddelen zoals brood, ontbijtgranen en ingeblikte goederen.

2. Basisvoedselmaterialen of grondstoffen:

"Voedsel" kan ook specifiek verwijzen naar basisvoedingsmiddelen of grondstoffen die de basis vormen van een dieet. Dit zijn doorgaans onbewerkte of minimaal bewerkte voedingsmiddelen die essentiële voedingsstoffen en calorieën bevatten. Voorbeelden van voedingsmiddelen in deze zin zijn tarwe, rijst, maïs, aardappelen, melk en suiker.

3. Ingrediënten gebruikt bij de voedselbereiding:

In een culinaire context kan "levensmiddel" verwijzen naar specifieke ingrediënten of componenten die worden gebruikt bij de bereiding van gerechten. Dit kunnen specerijen, kruiden, specerijen, smaakstoffen en andere additieven zijn die de smaak, textuur of het uiterlijk van voedsel verbeteren.

Het gebruik van de term "levensmiddel" kan variëren afhankelijk van de context en de sector. In de handel wordt het vaak gebruikt om bulkgoederen of landbouwproducten te beschrijven die bedoeld zijn voor menselijke consumptie. In voeding en diëtetiek wordt de nadruk gelegd op de voedingswaarde en samenstelling van voedingsmiddelen.